In de spiegel zie je jezelf. De bewegingen van jou en je spiegelbeeld zijn hetzelfde. In deze oefening ga je met z'n tweeën de persoon voor de spiegel en het spiegelbeeld uitbeelden. Degene voor de spiegel is de leider, het spiegelbeeld is de volger.

Degene voor de spiegel gaat allemaal bewegingen maken. Kleine bewegingen zoals met een pols draaien of alleen met je voet bewegen. En grote bewegingen zoals je uitrekken of een sprong maken.

De leider moet zijn bewegingen niet te snel maken en goed opletten of de volger hem kan bijhouden. De volger moet goed op de handelingen van de leider letten en ze zo precies mogelijk nadoen. Na 5 min. worden de rollen omgedraaid.